Home Lessen Artikelen en conferenties Metta Sutta — over onbegrensde vriendelijkheid

Metta Sutta — over onbegrensde vriendelijkheid

69
0

METTA SUTTA

Over onbegrensde vriendelijkheid


© 2007, Friso Kooijman
© 2007, Friso Kooijman

Dit is de handelwijze van hen die vaardig en vredelievend zijn en het goede willen doen:

Mogen zij capabel en oprecht zijn, eerlijk, bescheiden in spreken en niet trots.

Mogen ze met weinig tevreden zijn, zonder zorgen en opwinding.

Mogen zij wijs zijn, niet arrogant en niet verlangen naar andermans bezit.

Mogen ze niets kleinzieligs doen en niets dat laakbaar is in de ogen der wijzen.

Mogen alle wezens gelukkig zijn.
Mogen ze leven in veiligheid en vreugde.
Mogen alle levende wezens, of ze nu zwak, sterk, lang, dik, van gemiddelde lengte of klein zijn, of we ze al dan niet kunnen zien, of ze veraf of dichtbij zijn, of ze geboren zijn of nog geboren moeten worden, gelukkig zijn.

Laat niemand een ander bedreigen of enig schepsel – tot welke staat het ook behoort – verachten, laat niemand door boosheid of haat een ander schade willen berokkenen.

Zoals een moeder waakt over haar kind, bereid haar leven te wagen om haar enige kind te beschermen, zo moet men met een onbegrensd hart alle levende wezens beschermen en heel de wereld kleuren met onbelemmerde liefdevolle vriendelijkheid.

Mogen we, of we nu staan of lopen, zitten of liggen, al onze wakende uren blijven denken aan dit gevoel en die manier van leven – de beste ter wereld.

Wie niet gehecht is aan bespiegelingen, ideeën of zintuiglijke verlangens en een heldere visie heeft, wordt nooit herboren in de kringloop van het lijden.

Versie van de Metta Sutta (uit de Sutta Nipata) door Gil Fronsdal; uit Teachings of the Buddha, red. Jack Kornfield met Gil Fronsdal; Shambhala; Boulder, 1993.


Source : www.vwbo.nl

Vorig artikelMilarepa – Het verhaal van de jakhoorn
Volgend artikelVideo – Hart Soetra