Home Lessen Basisteksten Dood en sterven (3/4) – Gebruiken en rituelen na het sterven

Dood en sterven (3/4) – Gebruiken en rituelen na het sterven

80
0
Buddha_death
Buddha_death

Gebruiken en rituelen na het sterven

Na het lichamelijke sterven (kenbaar aan het stoppen van de ademhaling en de hersenfuncties) is het stervensproces nog niet beëindigd. Daarom raden bijna alle tradities aan het lichaam met rust te laten (niet aanraken, niet verplaatsen of op andere wijze verstoren). De meeste boeddhisten nemen op dit punt een flexibele en praktische houding in. Drie dagen is ideaal, maar afhankelijk van de omstandigheden zal men ten minste één, twee of meerdere uren in acht nemen. Het is belangrijk om hierover tijdig afspraken te maken met de omgeving (huisarts, ziekenhuis, familie en dergelijke).

Met betrekking tot het afleggen zijn er enkele praktische raadgevingen. Het lichaam kan worden gewassen met (saffraan of gezegend) water. Sommige centra adviseren het lichaam niet te kleden, maar te bedekken met een lichte stof. Als men het lichaam wil opnemen, wordt aangeraden het lichaam eerst bij de kruin aan te raken en niet vast te pakken aan het onderlichaam. Nadat het bewustzijn het lichaam heeft verlaten, is het lichaam een lijk geworden en hecht men er geen bijzondere waarde meer aan.

In Nederland kent men nog geen vaste uitvaartceremonies of -diensten en heeft men nog geen vaste rituelen ontwikkeld. Soms wordt er op aanvraag van de betrokkenen een ceremonie uitgevoerd door
de spirituele leraar of sangha, of worden er tijdens de uitvaartceremonie een aantal boeddhistische gebeden of mantra’s uitgesproken of rituele handelingen verricht. De meeste organisaties benadrukken dat het belangrijk is de niet-boeddhistische familie te respecteren.

Een mogelijkheid daartoe is rituelen elders uit te voeren. Specifiek kent men binnen de onderscheiden tradities de volgende praktijken:

  • 1. Zuiveringsrituelen uitvoeren die het bewustzijn louteren;
  • 2. De praktijk van vrijgevigheid beoefenen, zoals voedselofferanden brengen, offeranden aan de Boeddha’s brengen, de armen gedenken en schenkingen doen aan religieuze instellingen – om positieve energie voor de gestorvene te creëren;
  • 3. De tantrische praktijken die de gestorvene tijdens zijn of haar leven beoefende, uitvoeren;
  • 4. Lichtofferanden voor helderheid in het bewustzijn brengen;
  • 5. Mediteren op de leegte en het reciteren van bijvoorbeeld de Hartsutra;
  • 6. Levensreddende activiteiten ontplooien: zoals het redden van dieren.

Bij al deze praktijken worden de positieve energie en de verdiensten toegewijd aan de gestorvene.

In sommige centra wordt voor de overledene (vlak na het overlijden of tot een week erna) de traditionele Ceremonie van het Zuivere Boeddhagebied van Amitabha (de Amitabha- of Sukhavati-ceremonie) uitgevoerd om de overledene te begeleiden in de bardo. In het Shambhala Meditatie Centrum hanteert men een door de eigen leraar Trungpa Rinpochee ontworpen aangepaste versie van deze ceremonie, die ook als uitvaartceremonie kan dienen en zowel in het eigen centrum als in een aula kan worden uitgevoerd. In deze aangepaste ceremonie worden teksten gelezen en specifieke meditaties gehouden die de gestorvene en de nabestaanden helpen om afscheid te nemen en de spirituele gemeenschap de kans geven vertrouwd te raken met de dood. Tijdens de ceremonie wordt een foto van de overledene verbrand en de positieve energie van het hele gebeuren wordt opgedragen aan de gestorvene. Het doel van de Amitabha-ceremonie is om de gestorvene kracht te geven en zijn angst weg te nemen in de ‘bardo van de realiteit’ en de ‘bardo van wording’. Ook voor de nabestaanden kan zij een troostende functie vervullen. Afhankelijk van de behoeften van de nabestaanden kan de ceremonie worden aangevuld met persoonlijke rituelen en bijdragen.

In Nederland kan men de dode zowel begraven als cremeren. De individuele voorkeur is daarbij bepalend. Meestal cremeert men de overledene. Soms bestaat daarvoor zelfs een voorkeur (Sakya Thegchen Ling, Shambhala Meditatie Centrum). De overgebleven as kan worden gezegend en voor een gedeelte worden uitgestrooid in helder water of op een hoge berg in het buitenland. Gezegende as beschouwt men als heilzaam voor de omgeving. Ook kan de as worden verwerkt in gezegende kleibeeldjes (tsa-tsa-beeldjes) of worden bewaard in een kleine stupa (een reliekschrijn die symbool staat voor de verlichte geest van de boeddha).

In Nederland is het wettelijk mogelijk om een urnengalerij in te richten bij de boeddhistische centra. In de praktijk is dit nog niet gebeurd, hoewel er hier en daar wet plannen voor bestaan. Het Shambhala Meditatie Centrum heeft in Frankrijk een door de leraar aangewezen plaats bij een centrum, waar nu de as van overledenen wordt verstrooid. Ook as van Nederlandse boeddhisten kan daar naar toe worden gebracht. Het zal afhangen van de individuele beslissing van de betreffende persoon wat er met de as gebeurt.

De periode tussen sterven en wedergeboorte vaak kortweg tussenstaat of bardo genoemd, duurt minimaal één moment en maximaal zeven weken (negenenveertig dagen). Daarbij geldt iedere zevende dag als een belangrijk moment, omdat dan een herhaling van het stervensmoment zou plaatsvinden: de ‘kleine dood’. In deze bardo-periode wordt de gestorvene door relaties en gemeenschappen op verschillende manieren ondersteund. Verschillende organisaties lezen het Tibetaanse Dodenboek voor, er kunnen (zuiverings-)diensten (puja’s) worden uitgevoerd, mantra’s worden gereciteerd en er kan worden gemediteerd voor de gestorvene. Dit kan door de eigen leraar of sangha worden gedaan, maar ook door andere boeddhistische kloosters. Bij de Stichting Dzogchen en bij Rigpa wordt bijvoorbeeld de praktijk van Shitro (Shi: vreedzaam, tro: toornig) resp. Narak Kong Shak beoefent. Bij deze praktijken, die verbonden zijn met de Bardo Thödol, mediteert men op de manifestaties van ‘vredige en toornige boeddhavormen’, die men in de ‘bardo van de realiteit’ kan ervaren. Wanneer men tijdens het leven deze meditatieve oefeningen heeft verricht, is men vertrouwd geraakt met deze vreedzame en toornige aspecten van de bardo.

In de bardo worden verschillende gehechtheden weer geactiveerd en zij kunnen een negatieve wedergeboorte veroorzaken. Het wezen in de bardo (i.e. het bewustzijn van de overledene dat het stoffelijk lichaam heeft verlaten en in etherische sfeer op zoek is naar een nieuwe wedergeboorte) is erg gevoelig voor reuk. In deze tradities worden rook- en voedselofferanden aangeboden aan het wezen in de bardo om het te ondersteunen en te helpen de wereld los te laten. In sommige centra (Maitreya Instituut, Rigpa) worden ter ondersteuning vaak lichtofferanden aangeboden. Hierbij worden kaarsen of andere lichten gebrand om te de overledene te helpen een helder bewustzijn te bewaren en hem of haar ondersteuning te bieden tijdens de verwarrende ervaringen in de bardo. Achtergeblevenen kunnen wensgebeden uitspreken en heilzame daden verrichten om de positieve energie daarvan en de verworven verdiensten op te dragen aan de overledene. Ook op andere manieren kan er positieve energie worden opgewekt, die de gestorvene kan helpen bijvoorbeeld door het weggeven van de bezittingen van de gestorvene of door het doneren van geld aan religieuze doeleinden of hulpbehoevenden.

In Tibet kocht men bijvoorbeeld vissen die daarna in een rivier werden vrijgelaten. Na negenenveertig dagen wordt soms een gezamenlijke ceremonie verricht.

Om de drie edele pincipes in je beoefening op te nemen, zou je een sessie/beoefening kunnen beginnen met de Vier Onmetelijkheden of de Bodhisattva-gelofte en eindigen met een of beide delen van het Opdragen van Verdienste.

Buddha_nature.jpg

De Vier Onmetelijkheden

Moge alle wezens geluk verkrijgen en de oorzaken van geluk kunnen scheppen.

Moge zij allen vrij zijn van het lijden en van het scheppen van de oorzaken van lijden.

Moge zij dat nobele geluk vinden dat nooit door lijden kan worden besmeurd.

Moge zij allen universeel en onpartijdig meedogen kunnen opbrengen, voorbij wereldse vooroordelen ten opzichte van vriend of vijand – voor alle levende wezens.

Bodhisattva-gelofte

  • Zoals aarde en de andere elementen

    tesamen met ruimte,

    In vele opzichten eeuwig steun bieden

    aan de ontelbare voelende wezens,

    Moge zo ook ik in elk opzicht

    een steun worden voor voelende wezens

    Tot aan de grenzen van de ruimte

    totdat allen nirvana hebben bereikt.
  • Zoals de sugata’s van weleer het bodhichitta

    tot leven wekten

    En zich stap voor stap ontwikkelde in

    het trainen van een bodhisattva

    Zo zal ik, om wezens van dienst te zijn,

    het bodhichitta tot leven wekken

    En mijzelf stap voor stap trainen in

    deze dicipline.

Het delen van verdiensten (een ritueel en recitaite)

  • Mogen door deze verdienste allen alwetendheid verwerven.

    Moge deze de vijand, onrecht overwinnen.

    Moge ik alle wezens bevrijden uit de oceaan van Samsara.

    Met zijn beukende golven van geboorte, ouderdom, ziekte en dood
  • Moge door het vertrouwen van de gouden zon van het grote oosten,

    de lotustuin van de wijsheid van de Rigden bloeien.

    Moge de duistere onwetendheid van voelende wezens verdreven worden.

    Mogen alle wezens diepe, stralende gelukzaligheid ervaren.

Soms voeren we tegelijkertijd een ritueel uit: het schenken van water in een glas dat overloopt in een ander glas, dat weer overloopt in een ander glas… enzovoort, om aan te geven hoe verdiensten overgaan op eenieder die we in ons hart mee laten delen.

Poedja’s

  • >Een poedja is een ceremonie waarbij offergaven worden aangeboden en gebeden worden gezongen. De gebeden hebben, zeker als ze samen worden gedaan, een krachtige energie en zijn weldadig voor de geest. Offergaven als bloemen en voedsel worden aangeboden als beoefening in vrijgevigheid. Iedereen kan deelnemen aan poedja’s. Je kunt zelf desgewenst offergaven meebrengen.

Soetra recitaties

Soetra’s zijn eeuwenoude boeddhistische teksten die goed zijn om te reciteren, dus organiseren we regelmatig groepssessies. Uiteraard is iedereen meer dan welkom ze ook thuis te reciteren!

De soetra’s suggeren dat het goed is om zich van tevoren te wassen en schone kleren aan te trekken, en Lama Zopa Rinpochee beveelt aan om de mond te spoelen, handen en voeten te wassen, en positieve gedachten te hebben tijdens een sessie.

Voor het beginnen van een sessie is het aanbevolen toevlucht te nemen, de motivatie te zetten, een mandala offerande te doen en de mantra OM DHARE DHARE BENDHARE SVAHA zeven maal te herhalen; dit vermenigvuldigt de positieve energie een miljoen maal!

In de boeddhistische traditie hebben veel beoefeningen een tonglen-component. Twee specifieke beoefeningen die tonglen als basis gebruiken zijn de Maitri bhavana en de Sukhavati-ceremonie. Maitri bhavana wat ‘meditatie op liefdevolle goedheid’ betekent, is een oefening voor de ernstig zieken. Het wordt gewoonlijk in een groep gedaan, mar als je wilt, kun jet het ook individueel doen voor een familielid of vriend. Het is belangrijk te onthouden dat als we het voor de zieken doen, we niet hun feitelijke ziekte inademen, zolas kanker of aids. We ademen eerder hun neiging in om zich af te sluiten en verlamd te raken door de pijn – hun wanhoop, boosheid, wrok, ontkenning en gevoelens van afgescheiden zijn .Dan ademen we een gevoel van ruimte en ontspanning uit met de aspiratie dat hun ziekte een waarachtig pad van ontwaken voor hen zal worden, ongeacht of ze genezen of niet.

Gewoonlijk verandert pijn in angst en maakt ze ons harder, maakt ons meer verbitterd en boos. Maar door deze manier van beoefening te leren, kan de pijn ons zachter maken; ze kan ons als menselijke wezens zachtmoediger, nederriger, liefdevoller en dankbaarder maken. De beoefening gaat dus niet om genezen; ze gaat om heel te maken. Het gaat er niet echt om dat mensen van hun pijn afkomen; pijn is inherent aan het menselijke bestaan. Het gaat erom dat wij ons opnieuw verbinden met onze ware natuur, de ruimtelijkheid van ons hart en onze geest.

Instructies voor de leider van de beoefening

De groepsbeoefening dient ruim van tevoren aangekondigd te worden, zodat mensen een lijst kunnen maken met de namen en ziekten van hun vrienden en familieleden. Meestal is de leider een ervaren beoefenaar en meditatieleraar, maar het is ook goed als een familielid of vriend van de ziek de ceremonie leidt, zolang hij of zij maar begrijpt hoe dit dient te gebeuren.

Zit gedurende tien tot twintig minuten.

  • Luid de bel één keer en laat het geluid wegsterven.

    Kondig aan: ‘We gaan de beoefening van Maitri bhavana doen. hetgeen
    meditatie op liefdevolle goedheid betekent.’

    Lees het ‘Commentaar op Maitri bhavana’ van Trungpa Rinpoche voor.

    Kondig aan: ‘We doen deze beoefening in het bijzonder voor de volgende personen die ziek zijn.’

    Lees de lijst ment namen en ziekten voor.

    Kondig aan: ‘Nu gaan we de tekst genaamd Vriendelijkheid chanten.’

    Luid de bel één keer en laat het geluid wegsterven.

    Chant Vriendelijkheid.

    Kondig aan: ‘Nu gaan we de beoefening van tonglen doen, of innemen en uitzenden.’

    Geef in je eigen woorden een korte uitleg van tonglen.

    Beoefen tonglen gedurende vijf tot tien minuten.

    Beëindig tonglen met twee roffels en een eindklank (middelmatig-zacht-hard) van de bel.

    Zit gedurende tien tot twintig minuten. Chant het ‘Opdragen van Verdiensten.’

www.hetbodhiblad.nl

Vorig artikelBoeddhistische Unie Nederland
Volgend artikelMaitreya Instituut – Amsterdam – Emst