De Vier Edele Waarheden geven een antwoord op een concreet menselijk probleem: het lijden. In de Westerse (Christelijk geörienteerde) cultuur wordt dit vraagstuk benaderd vanuit de zin-vraag: wat is de zin van het lijden. Het waarom of waarvoor komt dan centraal te staan. Het Boeddhisme benadert het lijden niet vanuit de zin-vraag, maar stelt de vraag naar de oorzaak ervan. Het Boeddhisme kent een causale benadering in plaats van een finale of teleologische benadering die in het Westen gebruikelijk is. Er wordt niet uitgegaan van een God of Schepper, die een bepaald doel met de schepping nastreeft. De Boeddha zocht dan ook niet naar de zin maar naar de oorzaak van het lijden. Zoals alle psychische fenomenen wordt ook het lijden door het boeddhisme verklaard vanuit de wetten van de Dharma. Het proces van het voortdurend ontstaan en verdwijnen van gebeurtenissen heeft geen externe oorzaak, zoals een hogere macht, maar komt voort uit de opeenvolging der gebeurtenissen. De oorzaken van het lijden liggen vooral in de mens zelf. Dat betekent ook dat de mens er zich van kan bevrijden. De vier waarheden geven dit inzicht stapsgewijs weer.
De Eerste Edele Waarheid: ER IS LIJDEN
Ieder heeft te maken met vormen van pijn; dit is een universeel verschijnsel. De ene mens heeft te maken met armoede en honger, de ander met (ongeneeslijke) ziekte, ouderdom of lichamelijke gebreken, een derde heeft te maken met psychische pijn (angst, verdriet, wanhoop, afgunst, haat, ontevredenheid, frustratie, onrust). De dood zal eens ons aller deel zijn. Dit zijn allemaal verschijningsvormen van ‘lijden’ (dukkha). Met de term dukkha wordt bedoeld het onbevredigende, onvoldane, frustrerende, conflictgevoelige en pijnlijke karakter van het leven, de ongewisheid van het bestaan. Dukkha is de existentiële ervaring van levenspijn die ons kan overkomen vanwege de vergankelijkheid van het aardse bestaan. Onze levensangst en doodsangst komen voort uit de angst voor lijden. We willen het lijden van onszelf en anderen niet zien, niet voelen, niet tot ons laten doordringen. We reageren met ontkenning, afweer, agressie. Maar er komt een moment dat we er niet meer onderuit kunnen, dat we de controntatie met de levenspijn niet meer kunnen ontlopen. We moeten het lijden dan onder ogen zien, er een relatie mee aangaan, ze beschouwen als een deel van het leven, als behorend bij ons bestaan, bij ons zelf. We zullen er dan een antwoord op moeten zien te vinden.
Er zijn natuurlijk ook plezierige momenten in het leven. We kunnen zintuiglijk genot ervaren, of een tevreden gevoel hebben als we ons werk goed gedaan hebben. We kunnen verliefd worden, van iemand houden. Ons gelukkig en tevreden voelen. Dat zijn mooie ervaringen. Toch zit in die ervringen ook iets pijnlijks: we weten maar al te goed dat ze tijdelijk zijn. Eens zullen we onze geliefde moeten loslaten. Het leven is vergankelijk. Wanneer we ons al te zeer hechten aan (het plezier in) het leven, dan is loslaten moeilijk, het kan zelfs zeer pijnlijk zijn. Ook deze pijn maakt deel uit van dukkha en hoort bij het in essentie onbevredigende karakter van het bestaan. Zowel de prettige, aangename als de pijnlijke, onaangename omstandigheden zijn vergankelijk (anicca).
“Geboorte is lijden, ouderdom is lijden, ziekte is lijden, dood is lijden, gejammer en geklaag, pijn en verdriet zijn lijden, het verbonden zijn met datgene waarmee we niet verbonden willen zijn is lijden, gescheiden te zijn van hetgeen we liefhebben is lijden, het niet in vervulling gaan van wensen is lijden; kortom, de factoren waaruit het leven is opgebouwd zijn lijden.”
Er is hier een verband te leggen met het enneagram. Elk mens heeft in dit leven reeds als kind zijn eigen overlevensstrategieën ontwikkeld. Het enneagram toont ons inzicht in deze overlevingsstrategieën. Er wordt onderscheid gemaakt tussen negen hoofdtypen. Elk type heeft zijn eigen levensstrategie; elke strategie is erop gericht het ‘ik’ te doen overleven in de ‘struggle for life’. Deze strategieën worden echter niet alleen gehanteerd om te overleven, maar ook om het ego te doen zegevieren. Dit nu is gedoemd om schipbreuk te lijden. De kern van die schipbreuk is gelegen in het feit dat de ego-gerichte strategieën niet het geluk zullen opleveren dat we ervan verwachten maar eerder zullen leiden tot onbevredigende ervaringen. Het enneagram maakt ons bewust van de patronen waar we in gevangen kunnen zijn. De eerste Edele Waarheid van het Boeddhisme geeft een diep inzicht in de oorzaak van het ontstaan van de gebondenheid aan deze patronen. Ook wijzen de Edele Waarheden ons een weg om ons uit deze onvrije patronen te bevrijden.
Bron: home.wanadoo.nl
Klik hier om te weten:
Deel 2 : www.buddhachannel.tv/portail/spip.php?article15198
Deel 3 : www.buddhachannel.tv/portail/spip.php?article15201
Deel 4 : www.buddhachannel.tv/portail/spip.php?article15207