Home Spaces Boeddhistische Bouddhisme Mededogen

Mededogen

54
0

In de Soetra van Avalokiteshwara, dat is de soetra van dat aspect van de Boeddha-natuur dat mededogen verpersoonlijkt, worden allerlei vreselijke dingen opgenoemd die ons kunnen overkomen. Het is een ware litanie van dingen die we in dit leven tegen kunnen komen; oorlog en geweld, woeste dieren, schorpioenen en giftige beesten, op een oceaan ten onder gaan, enz. En dan wordt ook nog rampspoed, zorgen, dood en verdriet genoemd. Je kan deze litanie nog verder aanvullen met ‘de baas die je het leven zuur maakt’, ‘ de relatie die opbreekt’, ‘alle moeilijkheden die je in het dagelijks leven ondervindt’ of ‘alle moeilijkheden die je in de meditatiepraktijk ondervindt’, ook dat hoort er allemaal bij. En dan zegt de soetra: “Beroep je op de kracht van Kanzeon.” (Kanzeon is de Japanse naam van Avalokiteshwara), wat wil zeggen ‘beroep je op de kracht van mededogen’.

Het is interessant om de betekenis van het woord ‘mededogen’ te bestuderen. In het Van Dale-woordenboek wordt mededogen omschreven als ‘medelijden’ en ‘barmhartigheid’. Echter dit is niet de betekenis die bedoeld wordt in deze soetra. Het is zeker geen medelijden! We gaan geen beroep doen op medelijden want medelijden bevrijdt ons niet van leed. Als je het etymologisch woordenboek er op naslaat, dan zie je dat het woord oorspronkelijk een heel andere betekenis had. Het woord ‘dogen’ betekent, ‘dulden’, ’toelaten’, ‘verdragen’ en ‘accepteren’. ‘Gedogen’ is afgeleid van het Middelnederlandse werkwoord ‘dogen’ dat letterlijk ‘zich goed kunnen houden, kunnen uithouden’ betekent. Als je de soetra van Mededogen leest, dan vraag je je soms af “waar gaat het hier over?” “Als mij leed overkomt, ben ik dan bevrijd van leed als ik Kanzeon aanroep?”. Als we Kanzeon echter gaan begrijpen als ’toestaan’ en ‘accepteren’ in plaats van medelijden, dan krijgt de soetra een diepe spirituele betekenis.

Laat ik hier wat zeggen over waar we het tijdens de woensdagavonden al eerder over gehad hebben en dat is de leerstelling van het Mahayana Boeddhisme dat samsara en nirvana één zijn. Kort samengevat: samsara is de wereld van lijden, nirvana is de wereld waarin we bevrijd zijn van lijden. Beide zijn één. Wat betekent dat? Wanneer zijn we in samsara, wanneer in nirvana? Dit moeten we voor onszelf onderzoeken. Een voorbeeld van hoe je dit kan doen is bijvoorbeeld het buigen. Ikzelf vind dit een goed voorbeeld omdat we allemaal wel op één of andere manier herkennen dat, wanneer we gevraagd worden een buiging naar het altaar te maken, we een weerstand ondervinden om dat te doen. Het ligt deels aan je achtergrond en conditionering. Ik heb vroeger een aantal retraites in Maastricht gedaan en mensen waren daar veel meer vertrouwd met het ceremoniële aspect van de Zentraditie. Als ik hier in de tempel nieuwe mensen krijg die een protestantse achtergrond hebben, dan is buigingen maken heel moeilijk. Men ervaart een grote weerstand.

avalokiteshvara1_289_x_400_.gif

Als we kijken naar het buigen zelf, dan is het niets anders dan gewoon een beweging maken met je lichaam. In de Zentraditie wordt het op een bepaalde manier gedaan, in de Tibetaanse tradities enigszins verschillend en bij de Theravadins weer anders. Maar hoe dan ook, het blijft eenvoudigweg een beweging van het lichaam. En dan vanuit onze conditionering, vanuit ons verleden, beginnen we van alles op die beweging te projecteren. Wat een hele eenvoudige beweging van het lichaam is, vergelijkbaar met fietsen of de trap op lopen, wordt opeens heel moeilijk om te doen, tenminste voor sommigen. Er wordt weerstand ondervonden en het moment ontvouwt zich als samsara. Diegene die wat meer devotioneel ingesteld is, zal misschien denken: ‘een buiging maken, fijn!’. Het moment ontvouwt zich voor die persoon als ‘nirvana’. Als je heel goed kijkt zie je dat dit proces van ontvouwen van het moment in het één of in het andere de gehele dag gaande is. We nemen dingen in onze omgeving en in onszelf waar en meteen is er die projectie en die geconditioneerde respons en afhankelijk daarvan ontvouwt zich het moment als samsara of nirvana. Ze kunnen zelfs gelijktijdig bestaan. Ben je ergens met een groepje vrienden op stap dan is het soms zo dat de ene een geweldige tijd heeft terwijl de ander zich misschien verveelt en naar huis wilt. Samsara en nivana, hemel en hel, ze kunnen gelijktijdig bestaan. En het zijn wij die het zo laten ontvouwen. Dat wat we waarnemen is in feite neutraal. Wij geven er een betekenis en gevoelswaarde aan.

Dit is belangrijk om te zien want dit betekenis geven omvat werkelijk alles. Zelfs wanneer je in meditatie zit en er komen gedachten op – prettige of onrustige gedachten -, dat moment kan samsara zijn of nirvana. Het hangt af van jou. Het universum zelf is neutraal. Let wel, het gaat hier niet om het kiezen tussen samsara en nirvana. Het gaat hier om wat het woord ‘mededogen’ betekent. Laat volledig toe, accepteer wat is en in ‘wat is’ zit alles besloten. Dat wat aan het gebeuren is in dit moment, dat bevat het gehele universum. Alles doet mee aan dit moment, inclusief mezelf en alle reacties die ik nu heb, alle gedachten en emoties. Alles is deel van wat is, hier en nu.

Eerw. meester Daishin spreekt soms over het bestaan als een caleidoscoop, zo’n ding waardoor je kijkt en een beeld ziet dat wordt gevormd door heel veel kleine gekleurde stukjes glas. Je draait het langzaam rond en telkens ontstaan weer andere patronen. Het totaalbeeld wordt gevormd door alle kleine stukjes die je ziet. Eén stukje is als het ware de lucht, een ander stukje is de boom of de auto, een stukje is het eigen lichaam of de gedachte of emotie. Alles komt samen en vormt in dat moment het totaalbeeld. De caleidoscoop blijft draaien en iedere keer veranderd het patroon enigszins. En dan komen wij en gaan vanuit onze vroegere ervaringen, onze herinneringen, onze meningen, enz., keuzes maken en bekritiseren, stukjes in het totaalbeeld afkeuren en goedkeuren. Interessant is om op te merken dat wanneer we naar het beeld in de caleidoscoop kijken en één stukje afkeuren, we in feite het geheel afkeuren. Daarom is het niet verrassend dat, wanneer we dit in het dagelijks leven doen, hetzelfde gebeurt. Diegene die verliefd is geraakt, ervaart op dat moment het universum als gevuld met geluk. Zitten we in een spiraal van afkeuring, van negativiteit, dan is onze hele wereld daardoor gekleurd, ook al is de afkeuring gericht op een specifiek iets, bijvoorbeeld iets op ons werk of iets wat gebeurt is tijdens de dag. Hoevaak is het niet dat wat gebeurt is die dag, bijvoorbeeld op het werk, je stemmig negatief beïnvloedt waarna je vervolgens in een slecht humeur naar huis gaat en dan lelijk doet tegen je partner; niets is op dat moment goed. Dit is omdat we volledig deel zijn van het geheel.

bouddha_compassion_400_x_391_.gif

Waar de Soetra van Mededogen over gaat is ‘accepteer op een diep niveau wat is’. Dat vermogen hebben we omdat wij niet verschillend zijn van wat is, van het universum zelf dat stil is en alles accepteert zoals het is met oneindig geduld. Maar we twijfelen dat we dit kunnen. We twijfelen of we het lijden, zoals het in de Soetra van Avalokiteshwara wordt beschreven, kunnen toelaten want diep in ons is er een angst om door het lijden weggespoeld of overmand te worden en een angst dat we wellicht in een situatie eindigen waarin we niet geliefd zijn maar alleen en niet deel zijn van alles. Maar het is juist die twijfel die ons apart zet. Hoe je hier naar kunt bekijken is als volgt: wolken kunnen zich alleen vormen wanneer er stofdeeltjes in de lucht zitten. Rond die stofdeeltjes condenseert de vochtige lucht tot waterdruppels waardoor ze wolken vormen. In zeker zin kan je het bange ‘ikje’ vergelijken met zo’n wolk dat zich heeft uitgekristaliseerd rond al die dingen waar je bang voor bent en afkeurt, bang dat ze je op de één of andere wijze pijn zullen doen. Maar de wolk is deel van de lucht; het heeft geen absolute bestaansrealiteit. Het kan weer oplossen in het geheel.

De analogie gaat natuurlijk niet helemaal op want we hebben een lichaam en geest en blijven daardoor altijd een zekere afgescheidenheid en ‘apart staan’ ervaren. Toch hoeft dat geen belemmering te zijn om op een diep niveau te realiseren dat we het vermogen hebben om te accepteren en de dingen te laten zijn voor wat ze zijn. Als er onrust is wanneer je zit in meditatie, of er zijn kwade gedachten en je zit je druk te maken, accepteer volledig dat want dat is wat is. Dat is wat het universum, de caleidoscoop, op dat moment aan je toont. Laat het toe, duld het. Beroep je op de kracht van Kanzeon, van mededogen, en zie wat er dan gebeurt. Het is heel bijzonder om te ontdekken dat iets in ons kan verdragen en toelaten en, wanneer we dit doen, dat ons ‘hart’ dan ontspant (en ook ons lichaam en onze geest). We beginnen te beseffen dat we kunnen zitten in wat is, al valt misschien onze wereld in duigen.

De wolk kan beginnen om wat op te lossen waardoor we het groter geheel beginnen te zien. Het geheel is niet mooi, het is niet lelijk, het is wat het is. En in die ruimte die we ons dan geven, kunnen we ‘doorstromen’ naar het volgende moment en kan de caleidoscoop verder ronddraaien; het volgende beeld verschijnt. Het stromen van mededogen.
Dit alles betekent dat we ook die dingen in onszelf accepteren waar we nogal een oordeel over neigen te hebben. Als we gefrustreerd of kwaad zijn of we voelen ons niet goed genoeg – ook dat is deel van het beeld. Sommigen zullen zich misschien afvragen: “Waar gaan de leefregels dan over?”, wat betekent dan “Geen kwaadheid koesteren”? Als je goed naar de leefregels kijkt dan zie je dat ze een actie beschrijven, bijvoorbeeld ‘niet te doden’, ‘niet te stelen’, ‘geen onwaarheid te spreken’, ‘geen kwaadheid te koesteren’.

Dit zijn handelingen die gebaseerd zijn op wat er in het begin was, bijvoorbeeld de kwade gedachte of een emotie van frustratie. Er is niets fout aan de emotie van frustratie, noch met de kwade gedachte maar o wee, o wee, als we dat als basis van ons handelen nemen. Dan hebben we de caleidoscoop als het ware vastgezet, het beeld afgekeurd en zijn gaan handelen op basis van die gedachte of emotie. En daar zitten consequenties aan. Alles verkrampt. Als we kwaad zijn en die emotie ‘koesteren’, zijn we verkrampte wezens. Echter als we kwaadheid in onszelf accepteren en zien voor wat het is – een emotie die komt en gaat – dan kan het wegstromen of, net zoals de wolk, oplossen. “De grote Barmhartige ziet de wereld zoals die waarlijk is, zonder oordeel, alwetend, in volle zuiverheid, met liefhebbend mededogen.” zegt de soetra. We kunnen dan doen wat goed is om te doen want we zijn dan ‘vrij’ om te doen wat goed is om te doen. Dat is de kracht van mededogen.

bouddha_ava_300_x_400_.gif

In de soetra wordt ook gesproken over hoe Avalokiteshwara verschijnt wanneer er een nood is en iemand geconfronteerd wordt met lijden. Avalokiteshwara neemt dan de vorm aan die op dat moment het meest behulpzaam is voor de betreffende persoon en situatie. Wanneer we oefenen in mededogen – wanneer we stil zitten in de pijn in onszelf – dan wordt het hart aangesproken en het hart antwoordt. Wanneer we niet stil zitten en niet kunnen accepteren wat is, kan het hart niet echt reageren. Niet accepteren betekent in zekere zin ook een afsluiting. De wereld van vandaag is zoals hij is omdat we niet geoefend zijn in mededogen. Wanneer het hart geraakt wordt door het lijden van onszelf of van een ander en het is vrij om vanuit zijn diepe wijsheid te reageren, dan kan de respons van het hart de vorm aannemen die geschikt is voor de situatie en voor de persoon. Soms is dat eenvoudigweg een omhelzing, of een luisterend oor, maar soms ook een ferm woord! Er zit kracht in mededogen. Als we mededogen oefenen van moment naar moment, kan het hart telkens weer opnieuw open zijn en reageren.

Er wordt gezegd in de soetra dat Avalokiteshwara in ontelbare vormen verschijnt, overal, gelijkertijd. Avalokiteshwara is niet een persoon, niet een ‘iemand’, maar zij is als het ware alle harten in deze wereld die, wanneer ze toevlucht nemen in de grote kracht van mededogen, zullen helpen in welke vorm dan ook. Twijfel niet aan de kracht van mededogen in jezelf. Zitten in de onrust, in de pijnlijke herinnering, in de haat of wat er ook mogen zijn, betekent de bevrijding daarvan want het kan komen, zich tonen en gaan. Vertrouw het hart dat weet wat te doen – en soms is dat niets doen – het is de intuïtieve wijsheid van het hart. Het is een oefening om dit te doen, een oefening die nooit ophoudt omdat het het oefenen van mededogen is in dit moment. En moment volgt na moment. Ook wanneer er twijfel is blijven we oefenen wat neerkomt op het loslaten van twijfel. Oefenen in de twijfel is uitdrukking geven aan groot vertrouwen. Daarom is boeddhisme meer dan een filosofie of levenswijze. Wanneer je zit in wat is, hier en nu, kijk en laat het hart spreken. Het enige dat we dan hoeven te doen is luisteren en uitdrukking geven aan de grote kracht van mededogen.

Bron : www.dharmatoevlucht.nl




Vorig artikelBoeddhisme en management in het bedrijfsleven
Volgend artikelDe wijdingsceremonie