Maar het is de ,,duiding van wat God in de schepping heeft gelegd en wat door niet-christenen wordt opgemerkt en gebruikt. Christenen moeten terugpakken wat boeddhisten van God gestolen hebben.”
Ooit zeiden we als christenen dat wanneer iets uit niet-christelijk gedachtegoed voortkomt je er verre van moet blijven. Met wat op het oog mooi lijkt, haal je ook de niet-christelijke achtergrond binnen. Vandaag zijn we deze koudwatervrees wat voorbij en durven we vrijmoediger onze winst te doen met wat niet-christenen ons aanreiken. Een actueel voorbeeld hiervan is de interesse onder christenen voor het boeddhistische concept van mindfulness .
In deze krant (6 juni) las ik over een bijeenkomst waar christelijke hulpverleners zich bogen over de vraag of en hoe training in mindfulness geoorloofd en bruikbaar is vanuit christelijk perspectief. Ik was niet bij dat congres dus ik ga alleen af op het verslag in de krant. Wat me erin stoort, is dat de sfeer gezet wordt door twee ingrediënten: het is bewezen dat mindfulness werkt als een probaat middel bij angst, stress en depressie en dat, ook al is het boeddhistisch, het niet bijt met het christelijk geloof.
Onder de maat
Het was op dat congres vast veel genuanceerder, maar toch: de sfeer van ‘het werkt’ en ‘het bijt niet’ vind ik onder de maat van het christelijke ‘beproeven der geesten’. Het is te gemakkelijk mindfulness als enkel een techniek te nemen, zonder de geest erachter te beproeven. In het boeddhisme staat mindfulness voor een levenswijze waarbij je helemaal thuis komt in het hier en nu. Zonder oordeel en met je volle aandacht bij jezelf en de ander. Wie dit bereikt die is er! Verlichting is zoiets als altijd in deze staat van ‘zijn’ verkeren. Je bént alleen nog maar. En natuurlijk is er dan techniek nodig om dit te oefenen, maar mindfulness is geen techniek. Jij die jezelf thuis brengt, dat is echt een heilsleer. Een ander evangelie, want God is het die ons thuis brengt door Christus.
Dus nu maar weer mindfulness ver van ons werpen? Nee, want dat deze boeddhistische geest niet uit God is, omdat ze Christus als de thuisbrenger loochent, wil nog niet zeggen dat boeddhisten God niet hebben herkend in het kijken naar Gods geschapen werkelijkheid en vervolgens die onvergankelijke God vervangen door vergankelijke mensen die zichzelf thuis kunnen brengen (Rom.1:18-23). Het ‘beproeven der geesten’ gaat dan ook verder dan de vraag of het werkt en of het bijt. Christenen zouden veel meer moeten aanvoelen dat niet-christenen soms dingen van Gods werkelijkheid hebben begrepen die wij als christenen over het hoofd hebben gezien of ons hebben laten afpakken. En dan is het zaak die dingen terug te pakken, weer in te kaderen in en te verantwoorden vanuit het christelijk gedachtegoed.
Door mindfulness tot techniek te devalueren of als niet-bijtend te beschouwen, erken je feitelijk dat de uitvinder en de eigenaar van mindfulness het boeddhisme is. Liever zie ik mindfulness als een niet-christelijke duiding van belangrijke noties in Gods Woord en schepping. Als mindfulness gaat over ‘er zijn’, met heel je hart en aandacht, dan herken ik hierin de godsnaam Jahwe: Ik ben. En dan denk ik ook aan Immanuel: God die in Christus met ons is. Als mindfulness mij traint om af te zien van oordeel, dan raakt dat de kern van het evangelie. Als de boeddhist leeg wil worden van alle ego, dan ‘klikt bij mij Filipenzen 2 aan’ waar tegenover zelfzucht en eigenwaan de ontlediging van Christus ten voorbeeld wordt gesteld.
In het hier en nu zijn, herinnert me aan de bergrede: geen zorgen voor morgen. Wanneer ik op internet google op mindfulness en dan lees over de rust in het oog van een orkaan, dan denk ik aan Gods uitnodiging om te leven in en vanuit de rust. En dat er ook technische oefening aan te pas komt, natuurlijk. Paulus riep al op te oefenen in de godsvrucht en in het christendom kennen we de traditie van de geestelijke beoefening waarbij adem en lichaamshouding bij de basis van meditatie horen. In plaats van wat schichtig leentjebuur spelen bij het boeddhisme wens ik dat we als christenen op een ferme manier weer gaan terugpakken wat boeddhisten van God gestolen hebben. Laten we mindfulness doordenken en oefenen vanuit een Bijbelse onderbouwing en inkadering. Dan kunnen we de zegen ervan genieten en tegelijk de eer ervan toekennen aan God die ons door Christus thuisbrengt.
Philip Troost is predikant binnen de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) en werkzaam als studentenpastor in Zwolle en als pastoraal therapeut bij Spectrum in Hattem.
Bron : Nederlands Dagblad